In editie 2020-31 van de Margriet dat deze zomer verscheen, stond een artikel met de titel ‘Op zoek naar je familie’. Daarin werd door Bianca Bartels ingegaan op de populariteit van programma’s als Verborgen verleden, DNA-onbekend en Spoorloos. TV-programma’s die een gemeenschappelijke deler hebben, namelijk het verleden, meer specifiek je persoonlijke verleden in relatie tot al dan niet verre voorouders.

Iedereen staat, aldus het artikel, op zijn of haar wijze wel op een ontelbare hoeveelheid schouders van voorouders. Als genealogen kunnen we, met de kwartierstaat voor ogen, daar wel een beeld van vormen.
Het artikel ging ook niet zozeer over de TV-programma’s maar was een bespreking van het fenomeen familiesysteem. Of je nu alleen bent of niet, je bent een deel van een heel geslacht, met twee ouders, vier grootouders, acht overgrootouders, zestien betovergrootouders en al die voorouders voor hen.

De eerste jaren van je leven, de plek waar je opgroeit, is fundamenteel, het is de imprint van je leven. Bij alles wat er later in je leven gebeurt, refereer je daaraan – bewust en onbewust. Dit verklaart bijvoorbeeld ook waarom migranten zo aan hun oude cultuur blijven hangen. En dat geldt niet alleen voor de mensen die zich in ons land vestigen, maar ook voor hen die vanuit Nederland een nieuwe toekomst elders zochten.
Een wijsheid kennelijk ook zo oud als de mens zelf. In het artikel wordt verwezen naar het Oude Testament, met een citaat dat vrij vertaald luidt ‘jouw keuzes en wie je bent worden beinvloed door je voorouders, tot wel zeven generaties terug’. Je voorouders, of je ze nu bij name kent of niet, zijn dus allemaal mensen die jou direct of indirect gevormd hebben.

Het klinkt wellicht zweverig, maar dat is het toch niet. Want, ‘wat ouders niet oplossen, daar krijgen de kinderen mee te doen. En als zij dat niet doen, schuift het door naar hun kinderen. Als bijvoorbeeld een kind jong overlijdt, en de rouw wordt niet goed beleefd en er wordt niet over gepraat, dan moet een volgend kind de plaats innemen van het overleden kind. Die boodschap krijgt dat nieuwe kind onbewust mee. Dat is een enorme inbreuk op je individuele vrijheid.’ Gebeurtenissen en personen zijn dan ook aan elkaar verbonden en dit heeft effect op het verleden, het nu en op de toekomst.

Problemen kunnen misschien door veel generaties heen lopen, maar dat geldt ook voor de goede dingen, talenten en passies. Weten dat je niet alleen bent kan juist kracht geven. In het artikel wordt dat als volgt geillustreerd: ‘Op een congres hebben we een keer achthonderd mensen in een soort driehoek opgesteld. Zij representeerden allemaal de voorouders van een vrouw. Zij stond in de punt, en links en rechts achter haar stonden mensen ‘symbool’ voor haar ouders. Daarachter mensen die haar grootouders representeerden etcetera, alle achthonderd stonden we achter haar, met onze gezichten naar haar rug toe. Dat maakte enorm veel indruk. Wanneer je weleens twijfelt over of je ergens op je plaats bent en of je wel gelukkig bent, helpt zo’n besef. Je voelt dan de kracht van al die mensen die achter jou staan, als steun in de rug.’

Al meer dan 33 jaar doe ik aan stamboomonderzoek. Het virus dat in 1987 vat op mij kreeg, heeft mij nooit meer losgelaten. In november 2006 heb ik een boek over de familie Roefs uitgegeven, een 400-jarige familiegeschiedenis. Daar ben ik nog steeds trots op.
Hoewel ik nog steeds onderzoek doe, pak ik de laatste tijd steeds meer mijn e-bike om in de omgeving rond te rijden langs plekken waarvan ik weet dat voorouders van me er letterlijk geleefd hebben. Niet uit nostalgische overwegingen maar om bijna letterlijk verbinding met hen te krijgen. Of zoals de laatste zinnen in het artikel het wel heel raak beschrijft: ‘Soms ervaar je in een gebied: hier hoor ik. Bepaalde landschappen zitten als het ware in je genen doordat je voorouders daar hebben gewoond. Het stond op hun imprint. Jaren later blijk jij je daar thuis te voelen, je ziet het, je ruikt het, en dat maakt je leven lichter.
De batterij van mijn fiets mag bij thuiskomst bijna leeg zijn, mijn mentale batterij is intussen weer opgeladen; en opnieuw bewust van het goede van mijn familiesysteem kan ik voorlopig weer tegen een stootje!